Voor degene die de zoetheid van het reciteren;
Nog niet heeft geproefd, moet eens proberen.
Om de Qur’ān eens met regelmaat uit te lezen;
Begin eens met vijf per dag wat heb je te vrezen?
Na veertig dagen stap je over op tien pagina’s;
Alles volgens een strak plan, want zo blijf je de baas.
De veertig daarop, twintig van die prachtige zijden;
Wat een Gunst van Allāh in die bijzondere tijden.
Iedereen leest dus op zijn eigen niveau en tempo;
Dit is zijn band met Allāh en maak alvast een memo.
Dat Allāh de Enige is die weet welke snaren;
Banden versterken tussen Hem en Zijn dienaren.
De zoetheid komt pas vrij tijdens het reciteren;
Zoals bij de gebeden vanwege het concentreren.
De Qur’ān leidt naar dat wat juist is en verkondigd;
Zowel Verheugde Tijdingen als Zijn Aangezicht.
Wel, plezier hebben in de daden van aanbidding;
Is een waarlijk wonder, dus meng je in deze kring.
Maar de daden van aanbidding kunnen verrichten;
Is een werkelijke gunst van Allāh in vele opzichten.
Het gebed is de grootste Dhikr en het reciteren;
Van de Qur’ān in het gebed is om te reflecteren.
Laat je niet van de wijs brengen en demotiveren;
En je weerhouden van spiritueel articuleren.
[Fragment: Het zoemende volk]
Zakariya Bosmans