Als religieuze kennis jou niet nederig maakt;
Dan je dienstbaarheid is niets dan mismaakt.
Arrogantie en bemoeizucht krijgt de overhand;
Uitspraken en schrijfsels zijn dan minder charmant.
Na het opdoen van kennis dien jij je te beseffen;
Hoe weinig gewicht dat je nu werkelijk kunt heffen.
Oprechtheid in kennis is door te kijken naar jezelf;
Het besef van je tekortkomingen komt dan vanzelf.
In de nacht met opgeheven hoofd in het gebed;
En overdag met het hoofd omlaag dus opgelet.
Het nachtgebed zet je daden om in oprechtheid;
En overdag hopelijk voor wat welbespraaktheid.
De beste onder ‘ons’ zijn degenen die jou laten;
– denken aan Allāh en slechts het goede nalaten.
De beste onder ‘hen’ zijn degenen die schijnen;
Met een Licht dat je doet neerknielen en schreien.